Dagboek van een leraar

8 november 2019

Wij hebben Sven Berger, leraar Speciaal Onderwijs groep 6/7, gevraagd om voor deze zondagbrief een weekdagboek bij te houden over wat het lerarentekort in de dagelijkse praktijk op school betekent.

Ik ben Sven, 25 jaar en werk als leerkracht op een school voor Speciaal Onderwijs Cluster 4. Ik heb een combinatieklas 6/7 met acht leerlingen. De leerlingen hebben verschillende stoornissen en problematiek zoals AD(H)D, autisme, trauma’s en agressieproblemen.

Op maandag begin ik om 7:30 met het in orde maken van de klas, een briefing van de dag en de leerlingen komen om 8:30 binnen. We beginnen met rekenen, spelling en estafette, na de pauze gaan we door met Aardrijkskunde. We hebben het over dijken en rivieren en slechts één leerling weet waar die voor dienen. De andere leerlingen vinden het maar een gek idee dat Nederland onder water ligt, ‘zijn we dan een soort Atlantis?’. Als ik ze daarna vertel wat een stormvloedkering is, is de cirkel van ongeloof rond. Tijd voor een filmpje van Klokhuis.
Als alle leerlingen na schooltijd zijn opgehaald, zet ik alle stoelen netjes op tafel, veeg de klas aan en ga naar de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. Dit duurt tot in de avond en ik ben om negen uur thuis.

Op dinsdag hoor ik in de briefing dat twee leerkrachten ziek zijn. Een deel van de leerlingen wordt afgebeld en twee worden bij mij verdeeld. Dinsdag is een dag met veel tempo, we hebben rekenen en spelling en gymmen op een locatie 400 meter van de school. De dag eindigt ’s avonds laat, als ik nog een mailwisseling heb met een ouder.

Twee leerkrachten zijn op woensdag nog steeds ziek, dus de leerlingen zijn vandaag vrij. Ook de leerlingen die bij mij verdeeld waren, zijn vandaag thuis. Een leerling die ik extra moet ondersteunen is vandaag veel afgeleid, boos en maakt wat spullen kapot. Ik laat hem ophalen door een gedragscoach omdat ik hem niet genoeg kan begeleiden zonder de les stil te leggen.

De leerling komt terug in de klas, maakt zijn excuses tegen de andere kinderen en dit wordt geaccepteerd door iedereen. Hij is zichtbaar opgelucht omdat hij veel waarde hecht aan hun acceptatie. Hij vindt het vreselijk als het hem ‘weer’ niet lukt zich te reguleren. Omdat leerlingen doorhebben dat ze bij mij altijd een tweede kans krijgen, is de drempel om terug de klas in te komen niet hoog. Het doet mij plezier als leerlingen tegen elkaar zeggen “meester Sven wordt nooit boos” en “het is echt fijn hier in de klas”. Daar doe ik het voor!

Als de uitgevallen leerkrachten op donderdag terug zijn, zijn er twee onderwijsassistenten ziek. Er wordt een onderwijsassistent ingehuurd bij een detacheringsbureau en een andere, die normaal de leesbegeleiding en rekengroep doet, wordt bij de andere klas gezet. Helaas, dan krijgen twee van mijn leerlingen geen leesbegeleiding terwijl ze dat zo hard nodig hebben.

Op vrijdag hebben wij altijd een PAD-kind (Programma Alternatieve Denk-strategieën) in de klas. Deze leerling staat de hele dag in de spotlight en mag vooraan staan in de rij, als eerste kiezen wat ze willen spelen en krijgt aan het einde van de dag complimenten van iedereen. Het PAD-kind glundert door al die complimenten en de leerlingen komen altijd weer met de meest verassende complimenten: “je hebt mooie ogen”, “je bent een goede vriend”, “je houdt je altijd aan de regels” en “je bent echt keihard aan het werk, vorig jaar vond je alles moeilijk en wilde je niet werken, maar dit jaar probeer je het!”.

De leerlingen zitten in de busjes naar huis en ik begin met het schoonmaken van de tafels, whiteboards en doe de afwas. Na nog wat andere klusjes kan ik aansluiten bij de vrijdagmiddagborrel. Eindelijk gezellig kletsen met de collega’s die ik normaal alleen bij de briefing zie! Om 18:00 ga ik naar huis, vol met ideeën voor na dit weekend rust.

Lees hier Svens volledige weekdagboek